Wat vormde de attractie van een plaats zoals Vogelsang tijdens de NS-tijd? Wat werd hier door de leiding aan de jonge mannen beloofd voor hun toekomst? Door welke hoop en verlangens naar sociale opklimming waren ze gedreven? Waren ze door drill en formering voorbestemd om deel te nemen aan misdaden of konden ze ook “neen” zeggen? Zagen ze zichzelf als “Herrenmensch” (superras) en handelden ze ook zo?
De permanente tentoonstelling “Bestemming: Herrenmensch. NS-Ordensburgen tussen fascinatie en misdaad” wil geen simpele antwoorden geven. Ze wil eerst vragen bij de bezoekers laten ontstaan. De tentoonstelling neemt het concreet handelen van de daders, handelingsruimtes als de handelenden zelf met hun overtuigingen, hun ideeën en hun doen in het vizier, bevat echter ook perspectieven en stemmen van slachtoffers.
Als we beter willen begrijpen hoe het tot de grootste misdaad in de Europese geschiedenis kon komen, moeten we ons de mensen in hun tijd, hun overtuigingen, ideologieën en hun doen nauwkeurig observeren. We hebben intussen begrepen dat vooral deze kijk op de handelingsmogelijkheden en het concreet handelen van individuen voor ons de deuren tot het herkennen van het totaalbeeld kan openen.